Aluminium, staal en roestvast staal (inox): de belangrijkste inzichten

Aluminium kent een natuurlijke en sterke corrosieweerstand, omdat er automatisch een beschermende laag verschijnt na aanraking met zuurstof (O₂). Voor zuren kan deze laag door anodisering op een natuurlijke manier extra corrosiebestendig worden gemaakt. Dit maakt aluminium geschikt voor projecten met bijvoorbeeld trappen of hekwerken.

RVS bestaat vooral uit chroom en nikkel, dat een zekere vastheid tegen corrosie geniet in zowel droge als waterachtige milieus. Het komt er vooral op neer om deze laag goed te onderhouden, zodat uw RVS tientallen jaren in goede conditie blijft. Het extra corrosiebestendige laagje maakt RVS ook geschikt voor de voedselverwerkende industrie, die te maken heeft met strenge hygiëne- en gezondheidseisen. Het extra laagje zorgt voor een moeilijke hechtingsondergrond, waardoor bacteriën en vervuiling zich moeilijk kunnen hechten. Roestvast staal leent zich hierdoor bij uitstek als hygiënisch materiaal, omdat het geen bacteriën, vervuiling, smaak of geur afgeeft aan het eindproduct. Voor de RVS oppervlakken die met voedingsmiddelen in contact komen wordt vooral RVS 316 gebruikt.

Staal moet je voor gebruik meestal eerst verven of behandelen ter bescherming tegen corrosie, vooral bij toepassingen in vochtige of bijtende omgevingen.

Aluminium heeft een betere warmte- (en stroom)geleiding dan RVS en staal. Aluminium bereikt zelfs een warmtegeleidingscoëfficiënt λ van 160.0 W/m, waardoor het metaal kan worden ingezet voor projecten met autoradiatoren en airconditioning als energie opwekkende componenten.

Ook bij staal ligt de warmtegeleiding beduidend hoger dan bij andere metalen, maar wel minder hoog dan bij aluminium. Met een warmtegeleidingscoëfficiënt λ van 52 W/m is staal een goede warmte-isolator voor een breed gamma aan toepassingen.

RVS smelt pas bij zo’n 1538 graden Celsius, waardoor het metaal het meest wordt gebruikt voor toepassingen bij hoge temperaturen, zoals kooktoepassingen of de zware energie industrie.

Aluminium heeft een soortelijk gewicht van ongeveer 2,71 g/cm3, wat een derde is van het gewicht van inox. Door deze kleinere dichtheid is aluminium niet alleen makkelijk en goedkoop te vervoeren, maar is het ook breed en efficiënt inzetbaar voor al jouw projecten. De sterkte van aluminium kan worden aangepast met behulp van verschillende legeringselementen om je van nog meer voordelen te voorzien, zoals een makkelijke vervormbaarheid. Deze eigenschappen maken aluminium geschikt voor toepassingen als bijvoorbeeld voertuigbekleding, kunstwerken, vliegtuigen, fietsen of bekleding van gebouwen.

RVS is een iets sterker metaal op de markt en wordt vooral gebruikt voor grootschaligere toepassingen zoals bruggen of loodsen, omdat het nauwelijks vervormt door invloeden van buitenaf, zoals extreme wind of hitte. RVS heeft wel een hogere dichtheid dan aluminium, waardoor materialen uit dit metaal zwaarder in gewicht kunnen zijn.

Staal is eigenlijk nog sterker en zwaarder dan RVS, maar is daardoor wel minder flexibel om te vervormen of verbuigen. Vanwege de sterkte wordt staal dan ook vooral ingezet voor toepassingen zoals bijvoorbeeld machines, schepen, landbouwwerktuigen, kraanonderdelen, trailers en graafmachines en voor constructies.

Maakt u zich zorgen om het kostenplaatje van het metaal voor uw project? Aluminium neemt de kleinste hap uit uw budget, omdat het weinig tot geen bewerking nodig heeft.

Bij RVS en staal zal u iets dieper in uw portefeuille moeten tasten, vanwege het langere raffinage- en legeringsproces.